vrijdag 13 januari 2012

Impressionisme De Kleine Johannes klas 6

De Kleine Johannes

A (Algemene informatie)
     Titel: De Kleine Johannes
     Auteur: Frederik van Eeden
     Plaats van Uitgave: Den Haag
     Jaar van uitgave: 1968
     Aantal bladzijden: 128
     Genre: sprookjesachtige roman

Samenvatting

"De kleine Johannes" is een symbolisch sprookje met een serieuze ondergrond.Het is het ontwikkelingsverhaal van een jongen die het grote leven leert kennen. Daar schrikt hij flink van. Onzeker klampt hij zich vast aan zijn fantasie. (elf Windekind) Maar de drang om alles te weten laat hem niet los. (kabouter Wistik) Telkens moet Johannes kiezen: tussen fantasie en werkelijkheid, tussen schoonheid en goedheid, tussen godsdienst en atheïsme en tussen leven en dood. Aan het eind van het boek kiest Johannes niet voor de fantasie, maar voor de sociale roeping. Hij gaat mee met een Christus-achtige figuur naar de mensheid en haar weedom.
In het eerste hoofdstuk maken we kennis met de kleine Johannes. In het tweede hoofdstuk ontmoet Johannes Windekind.Hij gaat met hem mee naar de krekelschool. Hij leert daar dat de mens schadelijk is. Hij lacht om het haasje over springen van de krekels en verraad daarmee dat hij een mens is. Ze gaan verder naar een konijnehol. Ook hier leert hij weer dat de mens schadelijk is. In het konijnehol ontmoet hij de elfenkoning Oberon. Deze geeft hem een gouden sleuteltje. Hij lacht om het dansen van de dieren en verraad hier weer mee dat hij een mens is. Als ze weggaan ontmoeten ze de glimworm. Deze vertelt hun een verhaal waardoor Johannes weer leert dat de mens schadelijk is.
In het derde hoofdstuk wordt Johannes op een duin wakker. Hij wordt gezocht door zijn vader. Hij vraagt zich af of hij gedroomd heeft. Als hij het gouden sleuteltje vind weet hij dat hij niet gedroomd heeft. Het gaat die dag slecht op school. Na de school ontmoet hij Windekind weer. Ze gaan samen het gouden sleuteltje begraven in de duinen. Ook krijgt hij het verhaal van de roeping van de meikever te horen.

In hoofdstuk vier gaat Johannes naar zolder. Daar ontmoet hij Windekind weer. Samen gaan ze naar de vredemieren, die net van plan zijn de strijdmieren aan te vallen. Daarna gaan ze naar de mensen kijken. Windekind lacht om de mensen,maar Johannes is treurig en verraad daarmee weer dat hij een mens is.
In het vijfde hoofdstuk blijft Johannes bij Windekind. Winde- kind stelt hem voor aan kabouter Wistik. Wistik weet veel, maar het boekje waar het juiste in staat heeft hij niet. (dit boekje bestaat niet)
In het zesde hoofdstuk vind Johannes niet meer genoeg voldoe- ning bij Windekind en gaat terug naar Wistik. Hij denkt het boekje waarin het juiste staat te kunnen vinden. Hij wil teug naar Windekind, maar hij is geen elf meer.
In het zevende hoofdstuk ontmoet hij de tuinder en zijn vrouw. Hij mag bij hun blijven omdat hij niet weet hoe hij thuis moet komen. Wistik komt weer bij hem en herinnert hem aan hun afspraak.
In het achtste hoofdstuk ontmoet hij Robinetta met haar rood- borstje. Robinetta heeft Windekinds lach en Johannes wordt verliefd op haar.
In het negende hoofdstuk laat Robinetta hem de bijbel zien in de veronderstelling dat dit het gezochte boekje is. Johannes zegt dat God slechts een uitgedoofde petroleumlamp is en wordt weggestuurd door de vader van Robinetta. Samen met Wistik zoekt hij naar het sleuteltje, maar ze kunnen hem niet vinden. Hierop verlaat Wistik hem. Johannes ontmoet Pluizer.
In het tiende hoofdstuk is Johannes bij Pluizer. Deze stelt hem voor aan Hein en Dr. Cijfer.
In het veertiende hoofdstuk leid Pluizer Johannes rond in de stad. Ze zien dansende mensen en daarna gaan ze graven bezoe- ken. Johannes ziet zichzelf in zijn graf liggen. Ook Robinetta ziet hij in haar graf liggen.
In het twaalfde hoofdstuk vraagt Johannes zich af of hij de graventocht heeft gedroomd of niet. Johannes leert van Dr. Cijfer en Pluizer. Pluizer laat hem allerlei mensen zien. In het dertiende hoofdstuk wil Johannes graag nog een keer zijn vader zien. Samen met Dr. Cijfer en Pluizer gaat hij naar zijn vader toe. Zijn vader is ziek en als hij sterft wil Pluizer hem gaan ontleden. Johannes is het hier niet mee eens en weerstaat hem.
In het veertiende hoofdstuk hoort Johannes buiten roepen. Het is Windekind. Ook ziet hij iemand anders aankomen. Hij moet kiezen tussen de mens en Windekind. Hij kiest de mens.

Thema en Motieven

Het thema van dit boek is de geestelijke ontwikkeling van een kind tot een (jong)volwassene. Johannes groeit op en je beleeft zijn fantasieën. Elk figuur in zijn fantasieën symboliseert een abstract begrip.
De belangrijkste motieven in het boek zijn:
Elk figuur symboliseert een abstract begrip: Windekind staat symbool voor de grote kinderfantasie, liefde voor de natuur en het verlangen naar schoonheid en voor de onbezorgde kindertijd. Wistik symboliseert het verlangen om alles te weten en te begrijpen en om voor alles een verklaring te hebben, ook symboliseert hij het begin van de puberteit. Robinetta stelt de liefde en het 'verliefd zijn' voor en staat daardoor symbool voor de late puberteit. Pluizer staat symbool voor het rationalistisch denken en de studententijd.
Tegenstelling stad en natuur: De natuur speelt lang in de fantasie van Johannes, het is er prachtig en alles is mooi en levendig. Als hij in de stad komt ruikt het vies, alles is donker, iedereen kijkt nors, het is er totaal niet fijn in de gedachte van Johannes.
 
B (Specifieke opdracht: verwerkingsvragen)
a) Kenmerken van het Impressionisme:
  • uitgebreide omschrijvingen van de ruimte met nadruk op sfeer, schaduw en licht
  • veel bijvoeglijke naamwoorden
  • gevoel beschreven
 
b) Toelichting
  • ''De zon, rood en afgemat van haar dagelijkse werk, scheen een ogenblik op een verre duinrand uit te rusten, voor ze onderdook.”  -> wijst op beschreven ruimte met nadruk op licht, wat kenmerkend is voor het Impressionisme.
  • “Ach! Nu ging het droevig met de kleine Johannes. Ik wenste dat zijn geschiedenis hier eindigde. Hebt gij wel eens heerlijk gedroomd, van een tovertuin met bloemen en dieren, die u liefhadden en tot u spraken? En hebt gij dan wel in uw droom het besef gekregen, dat gij spoedig zoudt ontwaken en al die heerlijkheid verliezen? Dan poogt gij vruchteloos haar vast te houden en wilt het koude morgenlicht niet zien. Zulk een gevoel had Johannes toen hij medeging.” -> beschrijft het gevoel van Johannes, wat kenmerkend is voor het Impressionisme.
  • Hij dacht aan de diepte van het stille, heldere water voor zich, hoe gezellig het daar moest zijn, tussen die waterplanten, in dat vreemde schermerlicht, en dan weer aan de verre, prachtig gekleurde wolken, die boven de duinen zweefden, wat daar wel achter zou kunnen zijn en of het heerlijk zou zijn daar heen te kunnen vliegen. -> veel bijvoeglijke naamwoorden en de ruimte wordt duidelijk beschreven.
c) Buiten deze voorbeelden zijn er nog velen, en daarom vind ik het boek erg representatief voor het Impressionisme. Het heeft ook wel wat van het Symbolisme aangezien er veel gebruikt wordt gemaakt van symbolen. Maar het is veelal in schrijfstijl van het Impressionisme. Er worden enorm veel bijvoeglijke naamwoorden gebruikt en in elke ruimte dat Johannes zich bevindt wordt de ruimte uitvoerig beschreven. Ook alle personages en gedachtes worden (met veel bijvoeglijke naamwoorden) beschreven.

C (Persoonlijke mening)

Ik vond het een goed boek, maar niet echt een boek voor mij. De structuur van het boek was duidelijk en goed begrijpbaar. Het verhaal zat goed in elkaar en was zeker goed te volgen. Het was af en toe ontroerend om te lezen dat Johannes zich zo alleen voelde en zo verlangde naar iemand die van hem hield. Ook vond ik het ontroerend dat hij zo lang bij een tuinman in huis mocht wonen en dat hij en zijn vrouw goed voor hem hebben gezorgd en dat Johannes toch wegvluchtte in zijn fantasie. Het verhaal was ook vermakelijk doordat Windekind veel grappige verhalen vertelde of dieren die iets hadden meegemaakt. Windekind verklaarde ook alles met zijn eigen verzonnen feitjes en gedachten, wat in de realiteit helemaal niet klopt en wat voor mij dus wel vermakelijk was. Toch was ik niet echt emotioneel, het waren oppervlakkige gevoelens. Dat komt misschien omdat ik het boek niet makkelijk door kwam en het niet heel interessant vond. Ik vond het niet interessant, omdat ik me niet kon verplaatsen in Johannes en zelf niet zo geïnteresseerd ben in de natuur. Ook vond ik het irritant dat er mensen bestaan zoals Wistik, die andere mensen manipuleren zodat ze helemaal gek worden. Ik ergerde me bij de stukjes van Wistik.
Met dit boek wilde Frederik van Eeden de mensen duidelijk maken dat schoonheid niet alles is in een mensenleven, maar dat mensen eens beter moeten nadenken over wat er echt belangrijk is in het leven. Ik denk dat je die bedoeling makkelijk uit het boek haalt. Hij is er ook in geslaagd, want na de publicatie sloeg 'De Kleine Johannes' in als een bom. Ik ben het wel met Frederik van Eeden eens, schoonheid kan heel verraderlijk zijn. Iets wat mooi is van buiten kan heel lelijk zijn van binnen.
De wereld in het verhaal is voor een deel in de werkelijkheid en vooral in de fantasieën van Johannes, maar dit maakt het boek niet onwaarschijnlijk, aangezien alles kan in je fantasie. Dit vind ik wel leuk aan het boek, want er komen veel sprookjesfiguren in voor, zoals elfen en kabouters. Zelfs de dieren en planten kunnen praten.
Ik vond het een apart boek, ik had nog nooit zoiets gelezen. Het is een sprookje, dus er zit altijd een moraal in. Ik vond het knap dat je de bedoeling van de schrijver nog in zo'n sprookje er goed uit kon halen.
Het is een ouderwets boek dus de schrijfstijl is zeker niet hetzelfde als die van moderne boeken, daarom vond ik het ook moelijk om door het boek heen te komen, ook al was het een dun boek. De woorden zijn dus ook ouderwets, maar geen moeilijke, dure woorden, waardoor het ouderwetse toch nog goed te begrijpen was.

zondag 8 januari 2012

Boekverslag Klas 5 Sonny Boy

Sonny Boy

1. Titel: Sonny Boy
Auteur: Annejet van der Zijl
Plaats van Uitgave: Amsterdam
Jaar van uitgave: 2011, 35e druk
Eerste uitgave: 2004
Aantal bladzijden: 212
Genre: Non-fictionele roman


Samenvatting

In 1911 besluiten Rika van der Lans (rooms-katholiek) en Willem Hagenaar (protestants) samen te trouwen. Vanwege geloofsovertuigingen zijn hun families hier fel op tegen, maar wonen binnen een paar jaar toch gelukkig samen in Den Bosch samen met hun vier kinderen. Willem moet op een gegeven moment verhuizen naar Goereen. Rika verveelt zich hier kapot en gaat zich steeds opstandiger gedragen. Als Willem zich geen raad meer weet en haar begint te slaan, gaat Rika naar Den Haag en neemt ze de kinderen mee. Waldemar, een jonge jongen uit Suriname die naar Nederland is gekomen omdat hij hier graag zou willen studeren en een goed leven lijden, trekt in bij Rika in Den haag. Rika en Waldemar raken verliefd en Rika wordt al snel zwanger. Als haar kinderen dit horen, gaan twee zoons, Wim en Jan, terug naar hun vader. Willem wordt zeer jaloers als hij dit hoort van Wim en Jan. Rika stuurt uiteindelijk ook haar andere twee kinderen, Bertha en Henk, terug naar hun vader. Omdat Willem vindt dat Rika zich onverandwoordelijk heeft gedragen, verbiedt hij zijn kinderen om nog contact op te nemen met hun moeder. Rika, Waldemar en hun zoontje Waldy, verhuizen naar Scheveningen. Eind jaren dertig besluiten ze om te gaan trouwen, en Rika begint daarna weer een beetje contact te krijgen met haar andere kinderen. Wanneer de Tweede Wereldoorlog begint helpt Rika met het opvangen van ondeduikers. Als de Duitsers Scheveningen evacueren verhuizen ze weer terug naar Den Haag. In 1944 worden ze verraden door een van haar onderuikers en worden ze opgesloten in een gevangenis voor mensen uit het verzet in Scheveningen. Omdat Waldy eerder vrij is gelaten dan zijn ouders, wordt hij opgevangen door een aantal gezinnen. Waldemar wordt naar het kamp in Vught gestuurd, waar Rika naar een aantal maanden ook heen wordt gestuurd. Na een bepaalde tijd wordt Waldemar naar het concentratiekamp Neuengamme overgeplaatst, waar hij het redelijk goed maakt. Rika wordt overgeplaatst naar het kamp Ravensbrück, en overlijdt hier in februari 1945. Waldemar wordt op 3 mei 1945 neergschoten door Duitse soldaten, nadat hij zwemmend de kust had bereikt toen het schip waarop hij werd opgevangen na de bevrijding van zijn kamp werd gebombardeert.

1. Verwachtingen

Mijn moeder heeft mij op het idee gebracht om het boek te gaan lezen. Hij stond bij ons in de kast en ze had hem zelf ook gelezen. Ik had ook al veel mensen over het boek gehoord en vooral positieve reacties. Ik vond het belangrijk om een boek te lezen waar ik een beetje snel door heen zou komen en mijn moeder zei dat dit daar een geschikt boek voor was. Ik verwachtte een typische roman, een niet moeilijk te volgen verhaallijn. Ook dacht ik dat het boek erg ontroerend zou zijn, omdat het een non-fictionele roman is met betrekking tot de Tweede Wereldoorlog. En de meeste boeken over de Tweede Wereldoorlog zijn erg ontroerend.

2. Thema en motieven

Onmogelijke, krachtige liefde in tijden van oorlog. De liefde tussen Waldemar en Rika is eigenlijk onmogelijk, omdat hij Surinamer is met een bruine huidskleur en Rika een Rooms-katholieke Nederlander. Na tijden van geluk breekt de oorlog uit en de liefde tussen Waldemar en Rika wordt getest, maar nooit verwoest.
De belangrijkste motieven:
Water: Waldemar houdt heel erg veel van zwemmen. In Suriname woonde hij aan de rivier waardoor hij veel zwom. Wanneer hij in Nederland is gaan ze uiteindelijk aan zee wonen en Waldemar heeft in de laatste uren van zijn leven nog gezwommen en is gestorven toen hij uit het water kwam.
Verboden huwelijken: Rika als Rooms-Katholieke trouwt eerst met een protestant en later met een Surinamer. Allebei de huwelijken zijn eigenlijk niet gewenst in de maatschappij. En de eerste man van Rika trouwt later nog met de hulp, wat ver beneden zijn stand is.
Zorg: Rika heeft alle mensen die ze in haar pension kwamen en alle mensen die ze lief had altijd ontzettend goed verzorgd. Zelfs als het voor haar zelf misschien makkelijker was hen niet te verzorgen.
Hoop: Ondanks veel tegenslagen blijven de personages hopen op een goede afloop. Eerst om de familie te herenigen en iedereen bij elkaar te hebben die elkaar lief hebben en daarna op een goede afloop van de oorlog en dat iedereen in leven blijft.
Verhuizen: De familie van Rika is enorm vaak verhuisd. Eerst van stad naar stad, van huis naar huis en later naar concentratiekampen.

3. Beoordeling

Schrijfstijl: Het boek is geschreven in goed te begrijpen en makkelijk te lezen stijl. Er worden weinig moeilijke woorden gebruikt. Het is zo geschreven dat je graag verder wil lezen. Er staan veel brieven in het boek, die brieven zijn herschreven uit echtbestaande brieven. Ook staat er veel geschiedenis tussen het verhaal, waardoor je het verhaal beter begrijpt.
Citaat: blz. 143: 'Enkele dagen na Rika's eerste verhoor vond het jodentransport naar Westerbork plaats. Brief: Om half 12 werden alle cellen geopend en moesten de joden zich klaarmaken. 't Was vreselijk.'

Tijd: Het verhaal speelt zich af aan het begin van de twintigste eeuw en eindigt ongeveer 60 jaar later. Eerst gaat het over Waldemar en Rika apart en later als hun levens elkaar kruisen loopt de verhaallijn gelijk, dit is rond 1935. Het verhaal gaat lang over de oorlog, dus de tijd van 1940 tot 1945. Het verhaal gaat na die tijdperiode alleen nog over de kleine Waldy en duurt niet lang.

Ruimte: Het verhaal speelt zich af in meerdere plaatsen in Nederland. Den Bosch, Goeree, Scheveningen en Vught. Ook speelt het verhaal zich een tijdje af in de concentratiekampen in Duitsland in Neuengamme en op de Cap Arcona en in Ravensbrück. Ook in Paramaribo in Suriname speelt het verhaal zich een poosje af, vooral aan het begin van het boek en in terugblikken van Waldemar.

4. Eindoordeel
Ik vond Sonny Boy een heel mooi en aangrijpend boek. De Tweede Wereldoorlog komt in opeens zo dichtbij. In het boek kan je je goed inleven, door de brieven en foto's die erin staan. Je hoopt samen met de personages op een goede afloop. Naar mijn verwachtingen las het boek snel, doordat je graag wilde weten wat er verder kwam, omdat er veel gebeurde en vooral verboden dingen. Ik vond het spannend om te lezen hoe het er in een concentratiekamp aan toe gaat en hoe men in die tijd omging met 'zwarte' mensen. Ik vond Rika een prachtig personage, want het is een warme vrouw en ze zorgt voor iedereen, zelf in het concentratiekamp, daardoor was het heel ontroerend dat ze uiteindelijk overleed. Ook vind ik het laatste gedeelte van het boek heel ontroerend, als Waldemars hoop op de terugkeer van zijn ouders, vooral zijn vader, maar niet stopt. De brieven en de foto's in het boek maakten het verhaal heel echt en nog treuriger. Wat ik al had verwacht.
Citaat: blz. 180 : 'Enkele weken na de bevrijding op 5 mei, terwijl Nederland nog volop in een overwinningsroes verkeerde, droomde Waldy van zijn ouders. … Hij gaf een kreet van vreugde en probeerde zich door de andere passagiers een weg naar hen toe te banen. Maar het vreemde was dat zijn benen dienst weigerden en dat wat hij ook riep en gebaarde, het hem niet lukte om hun aandacht te trekken. En toen wist hij het eigenlijk al.

5. Bronnen
Sonny Boy van Annejet van der Zijl





Recensie klas 4 Roeland Westwout

Roeland Westwout


Roeland Westwout van Diet Kramer
278 pagina's
zesde druk in 1950
Uitgeversmaatschappij Holland Amsterdam

Inleiding

Het boek 'Roeland Westwout' is al meer dan vijftig jaar geleden geschreven door Diet Kramer. Diet Kramer is vooral bekend door de karakterverhalen die ze heeft geschreven voor de oudere jeugd. Ze is geboren op 27 april 1907 te Amsterdam. Op jonge leeftijd schrijft ze in haar vrije tijd al boeken. 'Stans van de vijfjarige' verschijnt als ze twintig jaar is en wordt haar eerste bestseller. Nadat ze naar Indonesië verhuisde in 1933, schrijft ze veel over Indië. Tijdens de oorlog worden zij en haar familie naar een concentratiekamp in Japan gestuurd, waar haar man overlijdt. Na de oorlog keert ze terug naar Nederland en gaat ze verder met schrijven.
'Roeland Westwout' is meerdere malen herdrukt, tot de tiende keer in 1966. Het is een vervolg op het boek 'Razende Roeltje'.
Mijn verwachtingen van het boek waren niet hoog. Omdat het een ouderwets boek is, had ik het idee dat het een erg saai boek zou zijn en dat ik er nooit doorheen zou komen.


Samenvatting

Het boek 'Roeland Westwout' gaat over vier jongens, onder wie Roeland. Hij woonde in Australië en is door zijn vader voor zijn middelbare schoolopleiding naar Nederland gestuurd. Daar woont hij bij zijn tante en oom en hun zoons Victor en Ab. Samen met Timo zijn deze vier de hoofdpersonen van het boek. Dat verandert als oom en tante besluiten twee meisjes, Paula en Lientje uit Indonesië, op te nemen in het gezin. Dat zet de wereld van de vier jongens op z´n kop, de sfeer in huis verandert. Het wordt er volgens de jongens niet leuker op. Paula is te nadrukkelijk aanwezig.
Het verkeersongeluk waarbij Mies, de vriendin van Roel, ernstig gewond raakt in haar gezicht, heeft grote invloed op alle personen in het boek. Iedereen verwerkt het ongeluk op zijn eigen manier. Het is Paula die uiteindelijk zorgt voor een goede afloop.


Recensie

Een boek over leeftijdsgenoten, maar dan van zestig jaar geleden. Saai, ouderwets? Nee, helemaal niet. Ondanks wat ouderwets taalgebruik, was het boek goed leesbaar. Dat kwam, omdat ik me goed kon inleven in de hoofdpersonen. Dezelfde leeftijd, dezelfde 'problemen' (school, vriendschappen, feestjes) en vergelijkbare gedachtes.

Het verhaal zit vol emotie. Boosheid, verdriet, jaloezie en blijdschap. Het is op een manier geschreven dat je je goed kan inleven, je lacht en huilt als het ware mee. Dat komt ook vooral omdat het eigenlijk over het dagelijks leven gaat en de personages geloofwaardig overkomen.

Na het ongeluk van Mies, is het deel over haar psychische problemen, net iets te zwaar ten opzichte van de rest van het boek.

Soms was het wat lastiger om je in te leven in de gastkinderen, wiens ouders zo ver weg wonen. Dat kan je je nu moeilijk voorstellen. Ook omdat er toen nog geen mail, msn of skype was.


Slot

Ondanks de 'leeftijd' (kaft, lettertype, papiersoort en 'geur') is het boek zeker een aanrader! Ik ben nu zeker van plan meer boeken van Diet Kramer te gaan lezen, 'Stans van de vijfjarige' is de volgende titel. Ik weet nu dat je je niet moet laten afschrikken door de datum van uitgave. Ook boeken van halverwege de vorige eeuw zijn blijkbaar leuk om te lezen.
Voor mij was het leuk om te zien dat mijn oma dit boek op haar veertiende verjaardag van haar ouders had gekregen. (22-03-1952)